site joep zander other publications of Joep Zander Linkers

Verslag van het congres "Kwaliteit van rechtspraak op de weegschaal"



Het congres woonde ik bij namens het Platform cliëntenorganisaties in de jeugdzorg en het familierecht (PSCJF) bij op 25 september 1997.
Zie ook het hierbij behorende, door mij geschreven artikel Dit is een wat verzakelijkte versie van mijn persoonlijke verslag.

 

Ik ben duidelijk een van de weinigen zonder meestertitel. Aan het tafeltje waar ik koffie zit te drinken, hoor ik twee andere congresgangers praten over mij; het valt ze op dat er een kunstenaar deelneemt. In de deelnemerslijst sta ik namelijk als kunstenaar/auteur genoemd. Ik merk op dat het over mij gaat. Een van de twee heeft mijn bijdrage gelezen en vond die erg interessant en ongewoon.

Bij de eerste plenaire zitting schuif ik zomaar in een rij en kom, echt per ongeluk, terecht op een paar plaatsen van politierechter Steendijk waar ik dezelfde week maandags ben voorgekomen en veroordeeld wegens poging tot aangifte doen tegen de Raad voor de Kinderbescherming. Ik houd nog netjes een extra stoeltje tussen ons open. " Ik kan het niet helpen maar ik zit in dezelfde werkgroep als u!" "Nou dat is al geregeld ! Ik zit nu in een andere werkgroep, dat vond ik toch verstandiger." " Wist u dat maandag ook al ?" "Nee ik kwam er vanochtend achter"

Het openingswoord van de conrector van de Stichting Studiecentrum Rechtspleging v. Heck (Die samen met de juridische faculteit Utrecht het congres organiseert) belooft veel goeds. Hij citeert een 10-tal citaten uit de diverse congresbijdrages. Tot mijn stomme verbazing hoor ik een citaat uit mijn eigen stuk. En ik sta helemaal versteld als er nog een tweede citaat volgt.
"Als dit rapport gelijk heeft, wij vinden van wel, dan zal de rechtelijke macht binnenkort ook onder ogen moeten zien wat zij in de afgelopen decennia heeft laten passeren door kinderen van hun ouders te scheiden".
"Rechtspreken is probleemoplossen; als het goed is. Maar de rechter is onvolmaakt; en soms verergert hij het probleem. Soms leidt elk ingrijpen in konflikten tot een verslechtering."
Mijn dag kan al niet meer stuk.

Ik vind het allemaal wel erg spannend en heb moeite om mij goed te concentreren op de eropvolgende toespraken. Ik noteer dat Hirsch Ballin opmerkt dat onafhankelijkheid wat anders is dan het ontbreken van relaties. Mr. Jansen vindt dat rechterlijke uitspraken minder latijn moeten bevatten zowel in letterlijke als figuurlijke betekenis. Ook rechters stammen van apen af. Hij is voor een bemiddelend vonnis; strijd brengt slechts de slimste tot winst. Het motto van inleider professor ten Berge is " stel u zelf open" Vervolgens doet Hirsch Ballin een oproep om in de diskussies vooral de kritiek persoonlijk te adresseren.

In de eerste werkgroep zit ik naast professor Roos en ik spreek daardoor ook na hem. Ik spits me direkt toe op de dubbeldunkproblemen en open alvast, de uitleiding van Hirsch-Ballin indachtig, toe op een aanval op Leig de Bruin. Leig is substituut ombudsman, tevens raadsheer in Den Haag. Zij vindt dat de klachtenbehandeling rechterlijke macht meer extern en meer openbaar moet. Dat strookt niet met haar opvattingen over het besloten houden van klachtencommissieuitspraken kinderbescherming. Ze ontwijkt de diskussie. Andere inleiders spitsen niet toe, maar doen nog een keer een korte herhaling van hun stuk. Later begrijp ik ook dat dat nodig en gewoonte is op zo'n congres omdat maar weinig mensen de stukken lezen. Ik maak gewag van de problemen over de openbaarheid van uitspraken. Ik vertel dat ik al op de derde klas middelbare school heb geleerd dat rechterlijke uitspraken altijd openbaar zijn, dat ik dat pas nog in mijn staatshuishoudkundeboek heb opgezocht, en dat ik me geflest voel door ofwel mijn onderwijs of de rechterlijke macht. Een van de aanwezige profs (Stroink?) meldt dat het schoolboek ongelijk heeft. "Is overigens ook door wetenschappers geschreven" merk ik op. In de Pauze schiet ik hem nog even aan. Zijn reaktie is direkt een greep in zijn koffer waaruit een flodderig boekje tevoorschijn komt waarin de grondwet gedrukt blijkt te staan. Hij heeft artikel 121 vrij snel te pakken. Tussen twee punten staat daar zoals bekend het volgende; "De uitspraak geschiedt in het openbaar". Daar heeft hij niet van terug. Ik respekteer heel erg dat hij niet naar zijn eigen beterweten maar naar de tekst grijpt. Maar het zou nog beter zijn als hij bekend zou zijn geweest met een zo essentieel onderdeel van het rechtsstaatidee.

In de diskussie doet de substituut erg veel moeite om aan te sluiten bij mij. "Zoals meneer Zander al zei........" en "Meneer Zander heeft gelijk." Ik begrijp dat ze mij nodig heeft om de externe klachtenbehandeling rechtelijke macht onder haar vleugels te krijgen. In de pauze ga ik weer met haar in diskussie . Probeert het af te houden door te zeggen dat ze niet bevoegd is voor klachten over klachtencommissies. Ik repliceer dat het ministerie beklaagde is. Ze wil er niet meer over praten en trekt zich terug om met de werkgroepvoorzitter presidente Keyser konklusies te formuleren. Het is duidelijk dat ze een fors belang heeft bij het sturen van de diskussie en de konklusies.

Ene professor Hol doet beroep op practical wisdom en sluit daardoor prima aan bij mijn notie " dat wijsheid niet van de praktijk mag vervreemden" Professor Stroink legt uit dat meer openheid aan beide kanten pijn kan doen, hij is ervoor dat de Magistratuur aktief gaat veranderen. Iemand moet de schop krijgen. Een belangrijk onderdeel van de kritiek zijn de zg prisma-onderzoeken (elke rechtbank wordt om de beurt onder de loep genomen). Hij vergelijkt de monopolispositie van de rechters met die van de belastingdienst die desondanks ook een veel puiblieksvriendelijkere opstelling heeft gekozen. Hij vindt dat de angst voor de terechte kritiek moet worden onderkend, en niet alleen dat; hij moet zelfs georganiseerd worden.

In de pauze bepreek ik met Hooft Graafland de gang van zaken rond de openbaarheid van uitspraken in Arnhem. Hij ontkent nog steeds niet dat ik gelijk heb. Maar het lijkt hem voor mij praktischer om nu maar aansluiting te zoeken bij een wetenschappelijk instituut. Even later probeert hij mij te koppelen aan een Nijmeegse wetenschapper die aan dezelfde tafel zit te lunchen. Als ik de zaken expliciteer merkt ze op dat ik niet zo in mijn boosheid moet gaan zitten (ik zei dat ik kwaad was op de vergadering van rechtbankpresidenten). Ik zeg dat ik in de gesprekken met Hooft Graafland altijd een vriendelijke lijn heb gevolgd; "We hebben nooit op elkaars hoofd staan slaan" Hooft Graafland bevestigt mijn weergave. Een aan de tafel aangeschoven bestuursrechter merkt op dat als het om belangrijke zaken gaat je soms geen concessies moet doen. Ik ben blij met zijn steun en merk op dat de openbaarheid van uitspraken wel een erg belangrijk principe is. Hooft Graafland merkt nog een keer op dat hij inderdaad vindt " dat je inzage niet kunt verbieden"

Na de pauze weer een nieuwe werkgroepdiskussie. De Bruin op dezelfde lijn. Een deelnemer, waarvan ik vermoed dat het v.d. Wey ( president hof Arnhem) moet zijn ergert zich aan dat gedoe over familierecht ; " daar zitten we hier niet voor". Ik meld dat ik hier zit namens de clientenorganisaties in het familierecht en dat hij het daar mee zal moeten doen.
Ik krijg veel steun van een rechter (Roermond; de stad van de publieksvriendelijke justitieapparaten) die ooit officier van justitie was en als rechter ooit een moeder gijzelde." Het familierecht verrandert zo moeilijk omdat er van die grote financiele belangen aan gekoppeld zijn" citeer ik de CDA-politica Soutendijk. "Ze moeten die politici ‘ns aanpakken hoor ik rechts van mij reageren.
Bij hoog en laag wordt er vervolgens van alle kanten gezworen bij de onafhankelijkheid. Ik benoem die houding als naief; " U onderkent uw eigen standsbelang niet; dat maakt u nog kwetsbaarder voor uw eigen belang." Ik merk op dat we lang over openheid kunnen praten maar "Een aantal van u vult nog steeds zijn nevenfunkties niet in terwijl dat al vanaf januari verplicht is en de openbaarheid van uitspraken wordt niet nageleefd; waar praten we dan over? Hier komt geen woord op terug. Overigens wordt door een aantal wetenschappers een paar keer opgemerkt dat er iets zal moeten veranderen bij de rechterlijke macht omdat er een IRT-affaire voor ze klaar staat. Opmerkingen die me doen denken aan Peter Prinsen in de Volkskrant tijdens mijn hongerstaking.

Ik verbaas mij over mijn eigen zelfverzekerde houding. Het maakt me niet uit, ik ben niet bang. Na de strafzitting heb ik alles wel gezien van de dames en heren van de staande magistratuur.
Na de pauze volgt weer een plenaire zitting om alles aan elkaar te koppelen
Hirsch Ballin; onze voormalige Minister van Jusitie doet dat op een leuke en ontspannen manier.

Als het verslag van onze werkgroep aan de orde is geweest vraagt Hirsch Ballin grappend of iemand van de aanwezigen al ervaring heeft met het indienen van klachten tegen leden van de Rechterlijke Macht. Er wordt links en rechts wat gegrinnikt in de zaal. Ik voel me aangesproken en vertel dat ik weliswaar zelf nog nooit een klacht bij de PG heb ingediend maar dat wat ik er van anderen van zie mij de indruk geeft dat ernstige klachten juist minder serieus worden behandeld dan mindere klachten. Of ik dus voor een externe klacht behandeling ben. Op zich wel meld ik. Ik grijp de situatie aan om op te merken dat in het werkgroepverslag de openbaarheid van uitspraken nog niet aan de orde is geweest. "Ik vind het een schandaal dat negentien rechtbankpresidenten in vergadering bijeen besluiten de openbaarheid van rechterlijke uitspraken die enkele incidentele rechtbanken al hadden toegezegd te blokkeren" Er zitten 6 rechtbankpresidenten in de zaal, maar het blijft stil. "Heeft iemand er wat op te zeggen?" vraagt Hirsch Ballin. Prof Brenninkmeyer (forumlid ) meld dat dat goed is en dat alles ook op Internet moet. "Dat is dan onze unanieme konklusie?" vraagt de voorzitter. Ja konkludeert hij nadat een korte stilte erop duidt dat de aanwezige heren en dame rechtbankpresidenten zich stuk voor stuk schamen om als eerste het gezamenlijke smoezenprogramma nog eens af te draaien. Vice-president Punt van de arrondissementsrechtbank Den Haag vertelt dat hij het wel best vindt maar dat er zoveel praktiese problemen zitten aan het anonimiseren van de uitspraken. Hij wil geld en middelen. Ik vertel hem dat als hij gelijk met de uitdraai van het vonnis een geanonimiseerde uitdraai maakt, het een kwestie is van een druk op de knop als er even een programmaatje voor wordt gemaakt. Ik bied aan dat programma wel even te schrijven. Unaniem dus. Ik sta nogmaals versteld van de eenvoud der dingen. Je zegt gewoon precies zoals het is en dan valt het nog op zijn plek ook. Niet altijd misschien maar het is wel een interessante lijn die ik misschien meer moet volgen.

Verder wordt er nog belsoten dat er cliëntforums moeten komen en dat een centrale organisatie voor de Zittende Magistratuur, als die er al moet komen zich vooral niet tot justiciabelen zou moeten richten. Dat is nou juist wat er nu gebeurt met dat ASZM (Algemeen Sekretariaat Zittende Magistratuur) denk ik.

Hirsch Ballin besluit in zijn slotwoord ( voor de terugweg) met een pleidooi voor Total Quality. Hij pleit ervoor personen verantwoordelijk te maken voor processen. Niet meer kinderrechters doorelkaar in een zaak konkludeer ik. De ramen moeten open!!

Bij de borrel praat ik nog wat na met enkele rechters over het ASZM waarvan ze nog nooit gehoord hebben en ze bevestigen dat er net is afgesproken dat het ASZM er niet is voor standpunten naar justiciabelen. Overigens zijn die rechters lid van die stuurgroep ZM 2000 waar al een paar keer over gesproken is. Hooft Graafland meldt dat het wel een leuk succes lijkt maar dat het natuurlijk nog geen besluitvormende vergadering is. Maar wel moeilijk te negeren zeg ik. "U kunt misschien toch maar beter met die juffrouw van de universiteit Nijmegen gaan praten" doelend op de onderzoekster waarmee hij in de pauze een verbinding had gelegd. U bent een echte bemiddelende rechter, dat mag ik wel" antwoord ik gemodereerd. Paul Ruys is blij dat ik zijn hete hangijzer heb aangeroerd. We praten nog even over samenwerkingsperikelen in zijn club. Ik distancieer me van te ver gaande inleving daarin.

Ik ga op zoek naar de bundels van de andere werkgroepen en kom bij de ingang de substituut nog een keer tegen die op het punt staat afscheid te nemen van de organisatie. Mij ziende zegt ze; "Het was een geslaagd congres; en (naar mij knikkend), dat vond meneer Zander vast ook. " ja mevrouw de Bruin; maar we hebben nog wat uit te praten." Met haar handen kruislings voor haar hoofd zwaaiend roepend; " nee, nee ik praat er niet meer over", stapt ze achteruit de deur uit.

Zelf vertrek ik even later ook. Omdat de trein net weg is ga ik nog even koffie drinken in het centrum en zie daar ook al enkele magistraten van een avondmaal genieten. Ik zie een bekende waar ik even mijn ervaringen tegen wegpraat. Een arrogante groep, nou ja vandaag viel het nog wel mee.

Joep Zander

Lees ook mijn brief aan Hirsch Ballin, onder andere over de verslaglegging van een en ander!

tegenvoetsporen mail mij zoek op deze site vaders en zorg ik vader klik hier voor dossier publikaties Joep Zander internetkunstdossier van Joep Zanderhomepage Joep Zander
klik hier! >>

 
Last Updated http://joepzander.nl/rechters2.htm : zie ook de andere pagina's. © siteontwikkeling en beeldrecht Joep Zander Logo Beeldrecht