Van A naar B.
Van de ene kant naar de andere kant.
Daartussen de stroom;
als bemiddeling tussen enerzijds en anderzijds.
Pas aan de ene kant als de andere de andere kant is geworden.
Pas aan de andere kant als de ene kant de andere is geworden.
In het midden is hij van allebei de kanten;
maar gericht naar een kant.
De ene kant biedt het gezicht op de andere kant.
En daar de ene kant niet bestond zonder de andere;
is hij ook een beetje van de andere -verkeerde- kant.
De andere -goede kant- biedt het gezicht op de ene kant.
Over de grens.
Wat naar de andere kant wordt gebracht wordt anders.
De boter kan er goedkoper zijn.
Daarmee kan het van belang worden naar de andere kant te gaan.
Over de styx,van wereld naar Hades.
De grens van leven en daarna.
Terugzien en vooruitzien.
Kan Orpheus terugkeren zonder omzien.
Tussen mij en jou.
Binnen en buiten.
mijn binnen en jouw buiten.
Jouw buiten en mijn binnen.
De ene kant stuwt;
De andere trekt
Naar mannelijk van vrouwelijk;
of andersom.
De veerman als middelaar.
De oneindige keren van keren en omkeren.
Hij is niet hier noch daar.
Heen en weer; geen beweging maar toestand.
Van een aantal,een aantal keren is geen sprake.
Mensen gaan en komen, maar willen hetzelfde.
Zijn gericht op de overkant.
Hij neemt ze op en laat ze los.